Zomerleren I: Maak meer ruimte voor belevingsgestuurd beheer

Delen

Facebook
Twitter
LinkedIn
Email
WhatsApp

Door: Danny Boers, Adviseur Strategisch Asset Management gemeente Leiden

Wat weet je van de beleving van de ruimte die je beheert? In het beheer van de openbare ruimte wordt in toenemende mate gestuurd op data. Technische metingen, meldingen van bewoners en statistieken vormen de kern van veel beheermodellen. Deze objectieve informatie is waardevol, maar biedt slechts een gedeeltelijk beeld. Recente studies tonen aan dat de beleving van bewoners, wat een essentiële component is van leefbaarheid, vaak niet aansluit bij de uitkomsten van technische analyses. Dit stelt beheerders voor een fundamentele vraag: hoe maken we ruimte voor de menselijke maat in een techniek gedreven systeem?

Sinds 2022 wordt in het kader van een gezamenlijk onderzoekstraject van 9 gemeenten  Belevingsgestuurd Beheer gewerkt aan het systematisch verkennen van bewonersbeleving. Na een voorbereidend jaar waarin het projectplan werd opgesteld, zijn in 2023 in meerdere gemeenten eerste metingen verricht en interventies uitgevoerd. In 2024 zijn deze metingen wetenschappelijk getoetst en is het onderzoek uitgebreid. De voorlopige conclusie: met de huidige methodes zijn onvoldoende robuuste uitspraken te doen over de beleving van de openbare ruimte. De gebruikte surveys leveren ruis op door interpretatieverschillen en contextuele factoren; bovendien blijken begrippen als ‘veiligheid’ en ‘kwaliteit’ niet concreet genoeg voor gestandaardiseerde kwantificering.
In het Engelstalige rapport Belevingsgestuurd Beheer van de Openbare Ruimte: Thus Far wordt benadrukt dat enquêtes en eenzijdige communicatie eerder bijdragen aan passiviteit dan aan partnerschap tussen beheerder en bewoner. De auteurs stellen dat deze methoden juist kunnen bijdragen aan de kloof die men probeert te overbruggen. 

Meerwaarde van kwalitatieve methodiek
Juist daarom is in 2024 ook intensief gebruikgemaakt van kwalitatieve methoden, door sociaal geograaf Ivan Nio. In zijn benadering staat de ervaring van bewoners centraal, niet als meetobject, maar als bron van kennis. In de buurten Ulgersmaborg (Groningen) en Noordhove (Zoetermeer) zijn in totaal 29 bewoners diepgaand geïnterviewd over hun dagelijkse beleving van de openbare ruimte. De gesprekken, afgenomen aan de keukentafel, leverden rijke inzichten op over de samenhang tussen fysieke inrichting, sociale dynamiek en persoonlijke levensfase.
Uit deze interviews blijkt dat beleving sterk contextueel is. De inrichting van straten, de verhouding tussen koop- en huurwoningen, sociale diversiteit, en zelfs het onderhoud van privétuinen beïnvloeden de perceptie van bewoners. Daarbij speelt ook de levensfase een rol: ouderen en gezinnen met jonge kinderen zijn doorgaans meer op de directe omgeving gericht en stellen andere eisen aan bereikbaarheid, onderhoud en veiligheid dan jonge alleenstaanden.

Van passieve meting naar participatief beheer
Willen we beleving écht meewegen in beheer, dan is een andere methodologische benadering vereist. Niet alleen moeten kwantitatieve en kwalitatieve methoden worden gecombineerd, ook moet de positie van bewoners veranderen van respondent naar partner. Dit betekent het ontwikkelen van participatieve instrumenten, waarin bewoners actief bijdragen aan diagnose en ontwerp van hun leefomgeving, bijvoorbeeld via interactieve kaartgesprekken of scenariowerkplaatsen,Het inzetten van bewoners als ‘oren en ogen’ in de wijk, zoals sommige gemeenten al doen, blijkt effectief, mits deze rol goed wordt gefaciliteerd en niet uitsluitend als meldingskanaal wordt gezien. Cruciaal daarbij is tweerichtingsverkeer: communicatie mag geen middel zijn om beleid uit te leggen, maar moet uitnodigen tot samenwerking.

Volgende stappen
Om dit gedachtegoed stevig te verankeren in zowel wetenschap als praktijk, wordt het onderzoek ondergebracht in een promotietraject onder de leerstoel Managing Public Space aan Wageningen University & Research. Een dergelijke stap biedt ruimte voor systematisch, langdurig en interdisciplinaire verdieping en bevordert tegelijkertijd de toepasbaarheid van resultaten in de uitvoeringspraktijk.

Het beheervak is in transitie. Data dienden lang als sluitstuk voor beleid, maar een bredere benadering dringt zich op: een die recht doet aan de ervaring van bewoners. Belevingsgestuurd beheer vraagt om meer dan meten; het vraagt om luisteren, verbinden en durven loslaten van standaardoplossingen. Alleen dan ontstaat een openbare ruimte die niet alleen klopt op papier, maar ook in het dagelijks leven van haar gebruikers.

De rol van de Kopgroep Beheer
Het gehele onderzoek is geïnitieerd door de Kopgroep Beheer, een samenwerkingsverband van vooruitstrevende gemeenten en kennisinstellingen. De Kopgroep werkt sinds 2022 aan het integreren van bewonersbeleving in het denken over beheer. Daarbij wordt expliciet gekozen voor het verbinden van praktijk en wetenschap. In dit netwerk worden inzichten gedeeld, tools ontwikkeld en nieuwe benaderingen getest. De ervaringen van de Kopgroep tonen dat deze verbreding noodzakelijk is: het succes van beheer wordt steeds vaker bepaald door hoe de ruimte wordt gevoeld of ervaren, niet alleen hoe zij functioneert. https://www.kopgroepbeheer.nl

▶️ Wat is jouw beleving?

Je leest mijn betoog over Belevingsgestuurd Beheer misschien in een lege kantoortuin, thuis op de bank of ergens in een vakantieoord op een strandbedje. Of naast je camper. Lezen kan overal…
Ik wil je vragen om na te denken over je eigen beleving van openbare ruimte. Richt je aandacht op de dichtstbij gelegen openbare ruimte. Dus: de route die je vandaag hebt afgelegd van huis naar werk, de omgeving van je woning of het park of het plein waar je net vandaan komt. Hoe beleefde je die plek? Wat maakte deze plek bijzonder? Was het de inrichting, de sociale dynamiek of iets anders? Welke lessen kun je hieruit trekken voor je eigen werk als beheerder? En welke factoren zorgden voor die ervaring?

MIsschien wil je zelfs een foto maken van een openbare ruimte die je intrigerend vindt. Zou je dan aan de hand van de foto willen nagaan hoe de inrichting en het gebruik bijdragen aan de beleving? Wat valt op? Wat kan beter?

Ik ben benieuwd naar je reactie. En waardeer het dus als je je antwoord wil mailen aan contact@managingpublicspace.com. Aan het einde van de zomer zal ik reageren op jullie antwoorden.

Deel!

Delen

Facebook
Twitter
LinkedIn
Email
WhatsApp

Laatste nieuws

Interview met Joran Post, consultant bij Don Bureau en commissielid JongMPS Op 30 oktober vond in Utrecht de allereerste activiteit plaats van JongMPS, het nieuwe netwerk voor jonge professionals in...
Managing Public Space (MPS) brengt praktijk en wetenschap samen om het vakgebied beheer van de openbare ruimte te versterken. Oorspronkelijk is het netwerk ontstaan vanuit stedelijke contexten, met betrokkenheid van...
Door: Eva Duivenvoorden, promovendus Managing Public Space WUR De vraag ‘Waartoe beheer ik eigenlijk?’ lijkt misschien filosofisch, maar raakt de kern van een fundamentele verandering binnen het vakgebied van het...